Afgelopen maand, tijdens een rechtszitting over een omgangsregeling, werd ik geconfronteerd met een schrijnend voorbeeld van victim blaming. De advocaat van mijn ex-partner suggereerde dat het vreemd was dat ik, na twee jaar, nog precies weet hoe ik door hem ben aangevallen. Deze uitspraak was bedoeld om mijn aangifte in twijfel te trekken en te voorkomen dat deze als bewijs zou dienen in de zaak. In plaats van de verantwoordelijkheid voor deze gewelddadige daad bij de dader te leggen, werd geprobeerd de schuld naar mij als slachtoffer te verschuiven door mijn verhaal te ondermijnen.
Tijdens de zitting werd niet alleen mijn aangifte, maar ook mijn karakter aangevallen. In zo’n emotioneel beladen zaak kan dat verlammend werken en slachtoffers ontmoedigen om hun verhaal te vertellen of erop te reageren. Omdat ik erg bewust ben van het fenomeen secundaire victamisatie en victim blaming heb ik hier krachtig op kunnen reageren met: “Als je door zulke daden wordt getraumatiseerd, weet je nog exact wat er is gebeurd, tot in de kleinste details.”
Tweeënhalf jaar geleden werd ik in de auto aangevallen door mijn ex, in het bijzijn van onze kinderen. Terwijl ik achter het stuur zat, wurgde hij me nadat hij onze dochter in haar autostoeltje had gezet. Hij boog zich over haar heen, greep me van achteren vast, en legde zijn handen om mijn nek. De scherpe pijn, het geschreeuw van mijn oudste dochter, en de doodsangst staan in mijn geheugen gegrift. Ik dacht op dat moment dat ik het niet zou overleven. De dagen erna had ik een blauwe nek en was ik niet in staat om te spreken. Tot op de dag van vandaag leef ik met de angst dat hij ooit terugkomt om “het af te maken”.
De reactie van de advocaat is een duidelijk voorbeeld van secundaire victimisatie, een vorm van victim blaming. Dit gebeurt wanneer een slachtoffer opnieuw wordt gekwetst door de houding of reacties van personen in bepaalde functies of instanties die juist zouden moeten ondersteunen. In plaats van empathie en hulp, krijgt het slachtoffer impliciet of expliciet de schuld van wat haar is overkomen.
Ik deel nu mijn persoonlijke ervaring, maar helaas is dit geen uitzondering. Dit soort gedrag komt nog vaak voor in rechtszalen, bij hulpverlenende instanties, en in andere professionele settings. In plaats van verantwoordelijkheid te nemen of oplossingen te bieden, wordt de schuld verschoven naar het slachtoffer of wordt het probleem geminimaliseerd.
Een van de redenen dat slachtoffers van huiselijk en seksueel geweld vaak geen melding maken of aangifte doen, is de houding van hulpverleners. Door onwetendheid, gebrek aan training, of onprofessionele opmerkingen worden slachtoffers ontmoedigd. Ik heb het zelf ervaren toen een politieagente mij vroeg hoe ik ooit verliefd kon zijn geworden op “zo’n persoon.” Ik voelde me genoodzaakt om uit te leggen dat het geweld en de psychische mishandelingen pas later in de relatie zichtbaar werden.
Een ander voorbeeld is een jeugdprofessional van Veilig Thuis die, na een melding over kindermishandeling, tegen een ouder zei: “Kinderen hebben nou eenmaal blauwe plekken.” Zulke reacties bagatelliseren serieuze problemen en zetten slachtoffers op afstand.
Deze vorm van schuldverschuiving heeft verregaande gevolgen voor slachtoffers, melders en zelfs dierbaren om hen heen. Het minimaliseren van problemen en het omkeren van verantwoordelijkheid zorgt ervoor dat slachtoffers zich afgewezen, vernederd en onbegrepen voelen. Het kan hen ontmoedigen om hulp te zoeken, terwijl de onveilige situatie voortduurt. Dit gevoel van verlatenheid draagt bij aan de overtuiging dat hulp zoeken geen zin heeft, omdat niemand hen steunt.
Advocaten, hulpverleners en andere professionals zouden elke vorm van victim blaming in hun strategieën en werkwijzen moeten vermijden. Het ondermijnt niet alleen de zoektocht naar gerechtigheid, maar vergroot ook de trauma’s van slachtoffers. Hoewel advocaten de verantwoordelijkheid hebben om hun cliënten zo goed mogelijk bij te staan en voor hen te vechten, zouden zij zich nooit schuldig mogen maken aan het aanvallen of ondermijnen van verhalen van slachtoffers, zeker niet wanneer duidelijk is dat de dader daadwerkelijk schuldig is. Het is essentieel om te stellen dat daders te allen tijde verantwoordelijk zijn voor hun daden, ongeacht de context of de dynamiek tussen dader en slachtoffer.
Slachtoffers van geweld verdienen steun, bescherming en gerechtigheid – niet de beschuldiging dat zij verantwoordelijk zijn voor het geweld dat hen is aangedaan.
Over de auteur
Nadine van Beek is een gepassioneerde blogger die serieuze en emotioneel beladen thema’s op een toegankelijke manier weet te belichten. Met een vleugje creativiteit en een scherp oog voor nuance schrijft zij over onderwerpen die raken, prikkelen en aanzetten tot nadenken – altijd met een luchtige toon en een menselijk perspectief. Naast haar blogs is zij actief op sociale media, waar ze via @Regtgezet op Instagram bewustzijn verspreidt over huiselijk en seksueel geweld en taboes doorbreekt. Met haar open en eerlijke benadering nodigt Nadine je uit om samen de complexiteit van het leven te omarmen en verandering bespreekbaar te maken.